De Beagle is een stevig, compact gebouwde hond. Die de indruk geeft van kwaliteit zonder grofheid. Het is een vrolijke hond waarvan de wezenlijke functie jagen is. Dit voornamelijk op het haas, door een spoor te volgen.de Beagle is moedig, toont veel activiteit, uithoudingsvermogen en vastberadenheid. Ook is hij waakzaam, intelligent en vriendelijk. Toont geen agressie of terughoudendheid. Deze hond heeft veel beweging nodig dus hou hier wel rekening mee. De Beagle zal niet snel met een andere hond in conflict geraken.
Afkomst:
Kleine kortharige hond waarvan de naam zou zijn afgeleid van het Keltische beag of beg dat klein betekent. Vermoedelijk kwam hij al rond 1500 in het Engeland van Hendrik VII en VIII voor en werd hij halverwege de 18de eeuw met Greyhounds gekruist om hem sneller te maken en nog bruikbaarder voor de hazenjacht.
In Engeland wordt nog steeds met Beaglemeutes gejaagd, waarbij de honden te voet worden gevolgd. De tentoonstellings-Beagle is compacter van bouw dan het jachttype. De eerste Beagles kwamen in 1954 in Nederland terecht. In Europa wordt alleen de Engelse standaard erkend, maar er zijn ook nog de pocket Beagle die niet hoger worden dan 25 cm. Ook heb je de Americaanse Beagle die over het algemeen compacter en verfijnder is dan de Engelse met een zachtere uitdrukking.
Aan zijn oorspronkelijk bestaan als meutehond heeft hij zijn gezellig, plooibaar karakter te danken, en het feit dat hij zich niet zozeer aan één persoon hecht, maar veel meer aan het hele gezin.
De uiterlijke kenmerken:
De schedel is licht gewelfd, matig breed met geringe achterhoofdsknobbel.
Het lichaam is stevig en compact gebouwd.
Het haar is kort, dicht en bestand tegen het weer.
Kleur: Iedere erkende brakkenkleur, behalve leverkleur. Staartpunt is wit.
Gangwerk/beweging: Rechte rug, krachtig geen neiging tot een rollend gangwerk. Vrije ver uitgrijpende en recht naar voren gerichte pas zonder hoge knieactie. Achterbenen tonen veel stuwkracht. Behoort achter niet nauw te gaan , noch maaiend of kruisend in de voorhand.